De soldaten gingen vrolijk de oorlog in met de gedachte dat ze zo weer thuis zouden zijn. In de loop der tijd kwamen de soldaten erachter dat dit geen oorlog was waar zij gewend aan waren. Wat was er dan zo anders?

Bondgenoten:

In de Eerste Wereldoorlog waren er twee bondgenootschappen: de geallieerden en de centralen. Tot de geallieerde landen behoorden Frankrijk, Groot-Brittannië, Rusland (tot 1917) en de Verenigde Staten (vanaf 1917). Tot de centrale landen behoorden Duitsland, Oostenrijk-Hongarije, Bulgarije en het Osmaanse/Ottomaanse Rijk. 

Strategie Duitsland:

Duitsland dacht dat ze met het Von Schlieffenplan (zie Ieper) makkelijk via België, Parijs konden bereiken. Duitsland dacht dat Frankrijk sneller gemobiliseerd zou zijn (het leger gevechtsklaar maken) en dat het daarom handiger was om eerst naar Parijs te gaan. Waar de Duitsers niet op gerekend hadden was dat de Belgen zou veel weerstand zouden geven en dat Rusland toch sneller gemobiliseerd was dan gedacht. Groot-Brittannië en Frankrijk steunde België, omdat zij in hetzelfde bondgenootschap zaten. Zo ontstond er aan het Westfront een loopgravenoorlog, maar de Duitsers hadden ook te maken met de Russen op het Oostfront. Zo'n oorlog waarbij je op twee fronten tegelijk oorlog aan het voeren bent noem je een tweefrontenoorlog. Het nadeel voor Duitsland was dat ze het leger moesten verdelen over de twee fronten, zo hadden ze een zwakker en kleiner leger. Duitsland kreeg Parijs niet veroverd door de loopgraven.

Propaganda:

In de oorlog werd veel gebruik gemaakt van propaganda. Het was een middel om de vijand zwart te maken en aan het volk te laten zien dat de tegenstander echt tot erge dingen in staat was. Propaganda werd ook gebruikt om ervoor te zorgen dat mannen zich gingen aanmelden voor het leger. In veel landen gold de dienstplicht, maar door de vele slachtoffers kwamen ze mannen te kort. Het Franse leger was bijvoorbeeld vooral samengesteld uit dienstplichtigen. Die werden dan aangevuld met beroepsmilitairen en troepen uit de kolonies. 

De Britse minister van oorlog, Lord Kitchener, was het gezicht van het leger. Hij werd dan ook gebruikt voor veel propagandaposters.

Links het legeruniform van iemand uit een Franse kolonie. Rechts het Duitse legeruniform.

De Franse vlag die werd gebruikt in de Eerste Wereldoorlog.

Deze poster is gemaakt door Abel Faivre (1867-1945).  Het is gemaakt in 1915 en gepubliceerd door de Franse overheid. Ze publiceerden deze poster om mannen op te roepen voor het leger.

'Be Ready! Join Now' is gemaakt door David Allen. Het is gemaakt in 1915 en gepubliceerd door het Britse parlement om mannen te overtuigen zich op te geven voor het leger.

Deze poster is gemaakt door Laura Brey in 1917. Het is gepubliceerd door de Amerikaanse overheid om soldaten te werven.

Tegenstanders van de oorlog:

Niet alleen was voor het oorlog voeren. Twee bekende activisten tegen de oorlog waren Jan Bloch en Bertha von Suttner.                Jan Bloch vond dat Europa de oplossing had voor de problemen van de oorlog. Hij bracht een boek uit over te moderne oorlogsvoering genaamd Toekomstige oorlog en de economische consequenties.  Hij vertelde in Den Haag dat het geen zin had om deze oorlog te voeren, maar niemand luisterde naar hem. Hij stierf in 1902.

Bertha von Suttner was een vredesstrijder. Ze had haar eigen vredesorganisatie opgezet de Oostenrijkse vredesbeweging, daarmee probeerde ze haar boodschap over te brengen. Doordat ze gestreden heeft voor de vrede heeft ze in 1905 de Nobelprijs voor de Vrede gewonnen. Zij was de eerste vrouw die die prijs had gewonnen.

Veranderingen:

In de eerste wereldoorlog zijn 9 miljoen doden gevallen. Dit kwam doordat er nieuwe wapens kwamen waar de mensen eerst geen bescherming tegen hadden. Voorbeelden van deze nieuwe wapens zijn: mosterdgas, mitrailleurs, gifgas, handgranaten. Deze wapens waren veel zwaarder en sterker dan de wapens die vroeger gebruikt werden.

Een loopgravenoorlog was ook nieuw. Een voordeel van de loopgraven was dat je er in kon schuilen en zo werd je minder snel geraakt. In het midden van de twee fronten lag Niemandsland, dit hete zo omdat zodra je maar een lichaamsdeel boven de rand uitstak werd er kogels naar je geschoten. Veel soldaten zijn ook overleden door de zware beschietingen en de scherpschutters, maar sommige staken ook expres hun hand boven de rand met een aansteker zodat ze verwond waren en naar huis konden. Het was erg gevaarlijk daarom werd de verdediging in de loopgraven sterker dan de aanval. Er waren ook veldslagen daarbij gingen de soldaten over de top, ze stonden voor een extreme klus. Ze gingen namelijk over de rand heen het Niemandsland in, maar vanaf de andere kant werden ze beschoten met mitrailleurs door de vijand. 

De soldaten veranderden in de loop der tijd ook va uitrusting. Eerst liepen ze door dekloopgraven met mooie helmen die niet echt beschutting gaven en met een hele uitrusting (bijv pannen). Later werd het zo simpel mogelijk gemaakt door een helm die beschutting gaf voor het gezicht, ze gingen lichtere kleren dragen en hu uitrusting bestond nu vaak uit hun geweer.

Een gasmasker it de Eerste wereldoorlog.

Een handgranaat uit de Eerste Wereldoorlog.

De uitrusting van een soldaat uit de Eerste Wereldoorlog.

Yoyeux Noel:

Het leven van de soldaten was niet makkelijk. In de loopgraven was het erg koud en modderig en soldaten verloren elke dag kameraden en vrienden. Er leek geen einde aan de stijd te komen. Tot dat de manschappen besloten in 1914 dat ze met Kerstmis een wapenstilstand zouden houden. Ze vierden Kerstmis rondom een boom en de volgende dag werd er op sommige plaatsen voetbal gespeeld in het Niemandsland. De wapenstilstand duurde op sommige plaatsen enkele uren en op andere plaatsen een aantal dagen. Eerst waren de kerstbestanden op sommige plaatsen slechts een poging geweest er het beste van te maken. In die periode zagen de soldaten dat in dat ze met dezelfde ellende te maken hadden aan het front en dat ze allebei een speelbal waren geworden van de politici en de legerleiding, ongeacht de nationaliteit die de soldaten hadden. Ook zagen ze van elkaar in dat lang niet iedereen voldeed aan de beschrijving die de propaganda langs beide kanten aan elkaar had gegeven. Op sommige plaatsen begonnen beide kampen zelfs de zin van de oorlog ernstig in twijfel te trekken. Voor het eerst was de waanzin van de oorlog pas goed duidelijk. Sommige troepen gingen zelfs in verzet. In 1915 volgde nog een Kerst, maar in in 1916 en 1917 niet meer. De legerleiders zagen het namelijk als hoog verraad en dreigden iemand die het ook maar waagde om het Niemandsland te betreden onmiddellijk te executeren. 

Mening:

Ik vond het indrukwekkend om de trailer te zien van Yoyeux Noel. Het gaf namelijk goed weer dat het volk in het begin heel erg militaristisch denkt, maar dat veranderde in de loop der tijd. Het liet het goed zien hoe verschrikkelijk het voor die mannen was om hun kameraden te verliezen en dat vond ik erg indrukwekkend om te zien.  Het liet namelijk zien dat  het ook gewoon maar mannen waren en dat zelfs al ben je in een oorlog de vijand tegen elkaar dat je als nog Kerst met elkaar kunt vieren als vrienden. Wat ook mooi was is dat na het Kerstfeest sommige soldaten in opstand komen en weigeren te schieten omdat ze nu inzien dat de mannen aan de overkant niet perse hun vijand zijn. Het aller indrukwekkendste en het mooiste van de trailer vond ik de zin aan het einde: " Without an enemy there can be no war." en dat klopt en dat zie je ook zo goed terug in de trailer. 

https://www.youtube.com/watch?v=KRrr-CDXijs (link trailer Yoyeux Noel)